Strumming patterns voor gitaristen
Zware en lichte maatdelen
Bij gitaar leren spelen is het belangrijk dat je een duidelijk, constant ritme kunt spelen en niet alles even hard speelt. Door middel van strumming patterns, kun je leren bepaalde maatdelen te accentueren. Maatdelen die een zwaar accent krijgen geven we een hoofdaccent ( >). Als er meer accenten zijn, geven we dit maatdeel een nevenaccent (-). In een vierkwartsmaat krijg je bijvoorbeeld : 1(>) – 2 – 3(-) – 4 Basis strumming patterns
Met de rechterhand kun je de akkoordbegeleiding variëren door middel van een neerwaartse of opwaartse slag. Hierin zijn verschillende mogelijkheden. Elk strumming pattern geeft een ander effect. Experimenteer met verschillende strumming patterns bij het lied dat je wilt begeleiden met akkoorden, en kijk welk pattern het beste past! Oefen de verschillende strumming patterns van langzaam naar snel, zo zul je al snel de slag te pakken krijgen! Een handig hulpmiddel is hierbij de metronoom. Je kunt de snelheid waarop je wilt oefenen zelf instellen. In het begin is het handig hardop mee te tellen of te benoemen wat je moet doen (NEER – OP – NEER etc.). Oefen met en zonder plectrum, en kijk wat jou het beste ligt. Strumming pattern 1
NEER – OP – NEER – OP – NEER – OP – NEER – OP (Tel: 1ne 2je 3je 4re)
Strumming pattern 2
NEER – NEER – OP – NEER – OP –NEER –OP (1 2je 3je 4re)
Strumming pattern 3
NEER – NEER – OP – NEER – NEER – OP (1 2je 3 4re)
Strumming pattern 4
NEER – NEER – OP – NEER – NEER (1 2je 3 4)
Strumming pattern 5
NEER – NEER – NEER – OP – NEER – OP ( 1 2 3je 4re)
Strumming pattern 6
Je kunt ook noten met elkaar verbinden door middel van syncopen. In het volgende strumming pattern speel je: NEER – NEER – OP – NEER – OP – OP – NEER – OP ( 1 -2je (3) je 4re).
Als je het lastig vindt kun je het ritme ook eerst klappen, voor je het op de gitaar gaat spelen.
Veel succes en plezier met oefenen!